Home

Dorpsgenoten

Tussen 2005 en 2013 is er door diverse auteurs een rubriek geschreven voor dorpsblad Biddinghuizen Actueel: "Dorpsgenoten". Deze verschenen bovendien op de website van Dorpsbelangen Biddinghuizen en (met alleen intro) als nieuwsbericht op de nieuwswebsite BHZNet.nl.
Op deze website dorpsgenoten.biddinghuizen.org vindt u het archief van deze rubriek terug.
Heeft u vragen over de inhoud van de artikelen, neem dan contact op met Dorpsbelangen Biddinghuizen of met de redactie van nieuwswebsite BHZNet.nl.
Aan de inhoud van de artikelen kunnen geen rechten worden ontleend.


Ieder mens heeft zijn of haar eigen levensverhaal, soms indrukwekkend, soms verrassend, soms heel gewoon, maar toch altijd weer bijzonder. In de rubriek DORPSGENOTEN….wordt wekelijks een kijkje genomen in het leven van een Biddinghuizenaar.
Door Herma Loohuis

Jan Weijers - Altijd in voor een grap

23-6-2012


Jan was tien jaar lang het enige kind. Toen kreeg hij een broertje. Hij is in Rotterdam geboren. Zijn Vader bokste, wielrende en voetbalde. Zijn moeder was coupeuse en huisvrouw. Het laatste huis in Rotterdam is in puin geschoten in de oorlog. Ze verhuisden naar Hilversum, waar zijn broer nog steeds woont. Wielrennen is lang een passie van hem geweest. Tijdens zijn diensttijd kreeg hij TBC. In de rustperiode leerde hij trompet spelen en dat zette hem op het muzikale pad. Hij speelde samen met zijn Toos in de revue. Hij heeft twee zoons: John, 1956 en Ton uit 1963.

Ik heb de Hongerwinter meegemaakt, toen ik op de lagere school zat in Hilversum. Na het zesde schooljaar volgde ik nog een zevende en achtste jaar om alles wat ik had gemist door de oorlog in te halen; dat heette het vglo (voortgezet lager onderwijs). Ik wilde automonteur worden en volgde de avondschool voor de monteuropleiding. Daarnaast was ik wielrenner, in het begin amateur en mocht er geen geld mee verdienen. Dus ging ik naar België als onafhankelijk wielrenner. Dat hield in dat er niet met reclame gereden mocht worden. Ik moest in militaire dienst en zag daar erg tegenop. Het heeft maar paar maand geduurd. Ik werd ziek, terwijl ik fietste in Luxemburg. Na de streep viel ik flauw. Men dacht aan een zonnesteek. Laat ik toch tuberculose hebben! Dat heeft drie jaar geduurd. In het Utrechts Academisch ziekenhuis werd ik geopereerd aan de longen. Toentertijd was dat gevaarlijk en gingen er velen aan dood. Daar heb ik driekwart jaar doorgebracht. Toen kon ik niet meer fietsen. Ik moest mijn longen oefenen, dus ging ik trompet spelen. Tijdens mijn ziektebed in huis had ik alle tijd. Mijn huisarts speelde, als ie kwam, gitaar en leerde me barré grepen. Op de gewone Spaanse gitaar ging dat niet, dus kwam er een jazzgitaar. Ik heb Toos uit Huizen ontmoet in 1955.

Het beroep van automonteur kon ik niet meer uitoefenen, dus ging ik bij Electro groothandel werken in het magazijn. Na een jaar mocht ik vertegenwoordiger worden in Utrecht. Na twee jaar ben ik overgestapt naar de concurrent n Hilversum. Met de trein naar Utrecht, verder met de fiets langs de klanten. Dat was goed voor mijn longen. Ik verhuisde naar Tilburg om een filiaal op te zetten vanuit Hilversum. Ik verdiende zesenveertig gulden per maand. Later hebben we nog in Berkel, Benschot en Spakenburg/Bunschoten gewoond. Ik had het helemaal niet naar mijn zin en het magazijn werd veel te klein. We gingen in Amersfoort wonen in een huis, dat viel onder monumentenzorg. Er zat nog geen waterleiding in. En weer groeide het bedrijf uit zijn voegen. Want ik ging voor winst maken. En dat lukte. We kochten een boerderij in Ureterp, dichtbij Drachten in Friesland. Ik ging door de week boven de zaak wonen in Amersfoort, want de afstand was ver. Het hield inbrekers ook van de deur. Dat heb ik tien jaar lang gedaan. Toos ging daar weer gym les geven. Ik deed vrijwilligerswerk in Drachten, in een tehuis voor moeilijk opvoedbare jongens, die in een woongemeenschap woonden en hielp timmeren. Ik kreeg daar kort achterelkaar twee hersenbloedingen. Mijn zoons zeiden: ‘Kom aub een beetje dichterbij wonen.’ Toos wilde er toen ook wel weg. Dat werd Biddinghuizen in 2002.

Mijn hobby: Op Bevrijdingsdag 1945 trad ik op met een buurman en speelde cowboyachtige liedjes van Tuny Tunes: gitaar en zang. Daarna werd ik veel gevraagd bij feestjes van personeel. Toos zong en speelde ook gitaar. We waren het Duo Tonny en Johnny. Johnny van Jan en Tonny van Antonia (Toos), Later heb ik in het orkest “de Floormasters” meegespeeld, het personeelsorkest van mensen die werkten bij Balatum BV in Huizen. We speelden een jaar lang bij de marine in Loosdrecht van half acht tot elf uur, elke dinsdag avond bij de avond uit voor de militairen en hun vrouwen. Ik gaf muziekles bij een internaat aan kinderen, heb meegedaan met een songfestival en won de eerste prijs. Ik deed doodgewoon een Nederlands liedje van Teddy Scholten: ‘weet je”. De rest zong in het Engels. Met de gitarist heb ik samen een nummer opgenomen. We vormden The Three blues, Toos, ik en Ruud ter Weyde ( bekend van studio sport en langs de lijn) en waren onderdeel van de revue.
Het Revuegezelschap ‘the Lucky Boys’, bestaan al langer dan vijfentachtig jaar in Hilversum. Het zijn accordeonspelers. Ik trad vrij veel op in Hilversum en zat in Huizen al in een revue. Er werd soms geruild met Hilversum, Zo ontmoette ik ze. Toos zat al in de revue en door haar ben ik erin gerold.

Met de fietsclub ging ik door heel Nederland. Ik heb met zes man de Nederlands fietsroute georganiseerd langs de grenzen vanuit Amersfoort naar Den Helder over de Afsluitdijk. Veel regen en lekke banden. Die 1700 km had ik zelf als eerste gereden. Ik stond nog wel eens in de krant als de fietsbandiet. Ik organiseerde heel veel. Ik klodderde op alle fietspaden cijfers en lijnen neer en ben regelmatig door de Rijkspolitie achterna gezeten.

Biddinghuizen: Toen Toos is overleden in 2007 dacht ik: wat zoek ik hier nu nog. Ik heb het nu wel naar mijn zin. Dat komt ook door het werk in het Colombinehuis.

Eerder verschenen in Dorpsgenoten:

Realisatie: Sybit - Software op Maat