Home

Dorpsgenoten

Tussen 2005 en 2013 is er door diverse auteurs een rubriek geschreven voor dorpsblad Biddinghuizen Actueel: "Dorpsgenoten". Deze verschenen bovendien op de website van Dorpsbelangen Biddinghuizen en (met alleen intro) als nieuwsbericht op de nieuwswebsite BHZNet.nl.
Op deze website dorpsgenoten.biddinghuizen.org vindt u het archief van deze rubriek terug.
Heeft u vragen over de inhoud van de artikelen, neem dan contact op met Dorpsbelangen Biddinghuizen of met de redactie van nieuwswebsite BHZNet.nl.
Aan de inhoud van de artikelen kunnen geen rechten worden ontleend.


Ieder mens heeft zijn of haar eigen levensverhaal, soms indrukwekkend, soms verrassend, soms heel gewoon, maar toch altijd weer bijzonder. In de rubriek DORPSGENOTEN….wordt wekelijks een kijkje genomen in het leven van een Biddinghuizenaar.
Door Herma Loohuis

Marianne Alting-Brooijmans - Vol verhalen en expressie

24-12-2011


Zij is geboren in de Brabantse Biesbosch op de Amalia Hoeve. Deze boerderij is door een Belgische Graaf gebouwd in 1938. Het huis en de schuur staan nu op de monumentenlijst. Haar ouders komen beiden uit een boerenfamilie. Het land was nog onontgonnen en is door haar vader ontwikkeld. De Biesbosch was een gebied van eb en vloed, riet, dijken en stevige kleigronden. Het leven werd sterk bepaald door de invloed van de natuur.

Als het eb was, kon je de Biesbosch niet in en niet uit. Je moest dan zes uur wachten. Vanwege deze getijdenwisseling moesten al de kinderen (10) op internaten, zodat we naar school konden. Met zes jaar ging ik dus van huis weg en kwam ik alleen met de Kerst, Pasen en de zomervakantie thuis. Dan zag ik ook mijn broers en zussen terug. De mensen, die bij ons werkten, woonden twintig minuten lopen van ons verwijderd. Het was een eenzaam bestaan. Leven midden in de natuur vraagt om aanpassing, afstemming op je omgeving en ondernemingszin. Als het laag water was, konden we wel bij Drimmelen overgezet worden, maar niet tot huis varen. We liepen dan met een koffer meer dan een uur over dijken. Bij laag water was het een flinke modderboel; ik kwam ook nooit schoon thuis. Na de vakantie maakten we dezelfde tocht. Het kon niet anders. Nu ben ik blij dat we naar school konden. We hadden thuis geen elektriciteit, maar lampen op gas. s ’Avonds werd de gasfles opengedraaid en hielden we een lucifer onder het kousje en er was licht, het water werd via een aggregaat uit een put naar een reservoir op zolder gepompt. Ook de televisie werkte op een aggregaat. Koningin Juliana is eens bij ons op bezoek geweest, ze was verbaasd dat wij geen elektriciteit hadden, terwijl de Amercentrale vlakbij was.

Toen ik net vier jaar was, is mijn vader op het land door de bliksem getroffen en was op slag dood. Zo klein als ik was, zie ik nog mijn moeder aan het hoofd van de tafel in haar stoel zitten, in verwachting van het tiende kind en helemaal verslagen. Er kwam een bedrijfsleider en het bedrijf ging verder. Familie kwam regelmatig over om te helpen. Een jaar na de geboorte van het tiende kind kwam de watersnood in 1953. Maar mijn moeder accepteerde de situatie zoals die was. Ze bleef doorgaan. Met haar zachte, rustige karakter gaf ze de indruk dat het leven niet zwaar was. Op het internaat leefden we via een bepaald patroon met regels en regelmaat, maar met weinig gezelligheid. Veel ‘moeten’ zonder verklaring. En dat vanaf mijn zesde jaar tot mijn zestiende jaar!

Met zestien jaar mocht ik met mijn zusje op kamers. Na de middelbare school wilde Ik naar de kunstacademie, maar dat mocht niet. Ik verlangde naar zelf beslissen en zelf ontdekken wat het leven voor mij was, ik wilde weg en heb gereageerd op een advertentie voor een au pair in Frankrijk. Daar ontmoette ik jonge mensen van allerlei nationaliteiten en ging ik naar de universiteit om een speciale opleiding voor buitenlandse studenten te volgen; franse taal, geschiedenis, literatuur etc. Na een jaar kwam ik even terug, maar vond het leven saai en te gewoon. Ik ben terug gegaan naar Frankrijk, naar Parijs en heb daar eenvoudig vertaalwerk bij Phillips gedaan en bij een notaris gewerkt. Met eenentwintig jaar werd ik moeder en ben ik terug gegaan naar Nederland. Ik ben gaan studeren en werken tegelijk. Als psychologisch assistente ben ik begonnen en heb later gewerkt als speltherapeute. Toen mijn dochter elf jaar was, zijn we verhuisd naar Zeist en kreeg ik een baan. Zowel voor mijn dochter als mezelf was dit een fantastische beweging. Daar maakte ik kennis met de antroposofie. Een weg tot zelfkennis, een dieper bewustzijn in het leven en kennis van de wereld. Ik genoot hiervan. Toen mijn dochter na het VWO ging studeren in Utrecht heb ik voor mijzelf de keuze gemaakt om naar de kunstacademie te gaan. Het was hard werken en stevig geconfronteerd worden met jezelf. In 1992 ben ik met een rugzak vanuit Noord Spanje naar Santiago de Compostella gelopen: een geweldige ervaring door de verhalen en ontmoetingen met allerlei mensen. Daarna heb ik dergelijke tochten nog in België en Ierland gemaakt. Lopen is in beweging zijn, het is een manier van leven. Je kunt je losmaken van je gedachten en leeg worden. Ik heb Jurrien op het Pieterpad ontmoet. Als kunstenaar voel ik me op mijn plek in het leven, kunstzinnig bezig zijn is een totale manier van bewegen. Ik maak eigen werk, exposeer, doe mee aan projecten, geef een lezing over licht en kleur, workshops en schilderlessen in Biddinghuizen, Zeist en Dronten.

Biddinghuizen: Ik dacht: ‘Het is zo burgerlijk!’ Maar Biddinghuizen is Jurrien: openheid, vriendelijkheid, iets over hebben voor elkaar, als je iets wilt, krijg je de ruimte om het te realiseren. Pioniersgeest. terug naar de Biesbosch. Land van water, riet, de elementen, boerenland, polder. Ik hoop het hier nooit volgebouwd wordt. Het polderkarakter moet blijven. Wij blijven in beweging op weg naar…….
Eerder verschenen in Dorpsgenoten:

Realisatie: Sybit - Software op Maat